Gros werkgevers (67,6%) en werknemers (64,2%) zijn tevreden met balans thuiswerk – kantoor
- Bijna de helft van de werknemers mag niet thuiswerken, toch laten ruim 8 op de 10 bedrijven thuiswerk nog toe.
- Een kwart (24,1%) van de bedrijven vraagt werknemers structureel meer naar de werkvloer te komen dan nu het geval is, en liefst minstens drie dagen per week.
- Werknemers (64,2%) zijn over het algemeen tevreden met de regeling die ze nu hebben. 7% zou nu vaker naar kantoor willen komen en 29% minder vaak.
- Vooral jongere werknemers (33,8%) zijn voorstander om nog meer thuis te kunnen werken.
- Thuiswerk bezorgt vooral het hoger management (36,6%) en jongeren (21%) meer stress.
Brussel, 12 maart 2025 – Sinds januari moeten de administratieve werknemers van Amazon in de Verenigde Staten weer voltijds naar kantoor komen. In ons land loopt het niet zo’n vaart: meer dan 85% van de bedrijven laat thuiswerk nog toe. Meer nog, ruim 6 op de 10 werkgevers én werknemers vinden de huidige balans tussen werken op kantoor en werken van thuis uit prima. Toch vraagt een kwart van de bedrijven werknemers om structureel meer naar de werkvloer te komen, en dat liefst minstens drie dagen per week. Opvallend: 1 op de 5 jongeren ervaart meer stress door thuiswerk. Dat blijkt uit een grootschalige werkgevers- en werknemersbevraging van Acerta Consult bij meer dan 2.000 werknemers en 500 Belgische werkgevers.
Vijf jaar geleden, 13 maart 2020 om precies te zijn, ging de eerste corona-lockdown in. Thuiswerken kreeg, in de bedrijven waar dat mogelijk was, een ware boost. Sindsdien is hybride werken ingeburgerd bij het gros van de Belgische ondernemingen. Maar liefst 85,3% van de werkgevers laat thuiswerk toe en de grote meerderheid van werkgevers en werknemers zijn tevreden met de huidige balans van het hybride werken. Dat toont het onderzoek dat hr-expert Acerta Consult door Indiville laat uitvoeren en dat polst naar de thuiswerkverwachtingen bij meer dan 500 Belgische ondernemingen en 2.000 werknemers. Het betekent echter niet dat thuiswerken kan voor alle werknemers. Bij 35,8% van de bedrijven kan slechts een minderheid van de werknemers van thuis uit werken (figuur 1). Het zijn vooral administratieve (57,9%) en professionele werknemers (bv. stafdienst, expertrollen) (74,7%) en het management die het vaakst aangeven dat ze van thuis uit mogen werken. Uitvoerend personeel (71,8%) en arbeiders (80,5%) hebben die mogelijkheid veel minder. Daarnaast geven meer en meer bedrijven aan het thuiswerk stapsgewijs terug te schroeven. De Amerikaanse trend om thuiswerk volledig te bannen, zien we voorlopig niet in ons land.
Ellen Van Grunderbeek, arbeidsmarktexperte van het kenniscentrum van Acerta Consult: “Meer dan één op de drie werkgevers (37,4%) die thuiswerk toelaten, heeft een beleid waarbij de werknemers vandaag minstens drie dagen per week op de werkvloer aanwezig moeten zijn. Vooral de middelgrote (van 10 t.e.m. 249 werknemers) tot de heel grote bedrijven (t.e.m. 999 werknemers) hanteren een driedagenregime, met als hoogste percentage zo’n 43%. Bij de allerkleinste bedrijven (t.e.m. 9 werknemers) is dat iets meer dan 30% en krijgen de werknemers meer keuzevrijheid. Het toont alvast dat de Amerikaanse trend om thuiswerken te minimaliseren niet doorsijpelt in een kmo-land als België en heel veel bedrijven hier vasthouden aan het post-corona werkregimebeleid.”

Figuur 1: Gewenste aanwezigheid (dagen per week) op de werkvloer, werkgeversbevraging Acerta-Indiville 2024-2025
Toekomstverwachtingen werkgevers/werknemers verschillen
De werknemers (64,2%) zijn over het algemeen tevreden met het bestaande beleid van het thuiswerk in hun organisatie. Amper 7,2% zou nog vaker naar kantoor willen komen, terwijl 28,6% net nog meer thuis zou willen werken (figuur 2). Op hun beurt vinden ook de werkgevers (67,6%) de balans in evenwicht en willen ze die dus niet veranderen. Een kwart (24,1%) onder hen verkiest echter dat hun werknemers structureel meer naar de werkvloer komen dan nu het geval is. Een daling weliswaar, want in 2024 was dat nog 30,6%.
Ellen Van Grunderbeek: “Als we bekijken wat in de toekomst de ideale verdeling is tussen thuiswerk en werken op kantoor, lopen de verwachtingen tussen bedrijven en hun werknemers wat uiteen. Terwijl bijna een derde van de werknemers (28,6%) graag meer thuis zou willen werken, is amper 8,4% van de werkgevers daar voorstander van. Volgens hen bevordert werken op de werkvloer immers de interactie (51,5%) tussen werknemers, versterkt het hun onderlinge band (49%) en stimuleert het de betrokkenheid (44,1%). De redenen van de werknemers die naar kantoor komen zijn meer van praktische aard: ‘op die dagen zijn er belangrijke teamvergaderingen’ (op plaats 1 met 56,1%) of ‘we willen evenementen kunnen bijwonen’ (op plaats 3 met 37,7%). Het belang van ‘sociale interactie’ komt pas op de 2de plaats (49,8%) in de ranking.”

Figuur 2: Ideale balans thuiswerk-kantoorwerk: links werkgeversbevraging Acerta-Indiville 2024-2025; rechts werknemersbevraging Acerta-Indiville 2024-2025, meer dan 2.000 respondenten
Ruim kwart bedrijven laat werknemers zelf kiezen wanneer ze naar werk komen
Welke dagen de werknemers naar de werkvloer komen (figuur 3), wordt in hoofdzaak op teamniveau beslist (42,1%). Toch krijgt in nog zo’n 28% van de bedrijven – in hoofdzaak in kmo’s – de werknemer de vrije keuze.
Ellen Van Grunderbeek: “De beste basis voor die keuze is de aard en de inhoud van het werk. We maken een onderscheid tussen synchroon werk – opdrachten die je samen in team doet, zoals brainstormen en vergaderen – en asynchroon werk – taken die je individueel of niet gelijktijdig met collega’s doet, zoals research en mails beantwoorden. In een hybride werkcultuur worden de locatie en het tijdstip bepaald door het type werk, het doel van de activiteit, de gewenste mate van interactie, de efficiëntie van de communicatie en de persoonlijke voorkeuren van de werknemers en interne en externe klanten. Waarvoor het wel uitkijken is op de thuiswerkvloer, is dat collega’s voldoende betrokkenheid blijven ervaren. Mensen kunnen thuis geïsoleerd geraken, weg van hun werkgever, hun team en andere collega’s. Anderzijds kunnen mensen het gevoel hebben altijd beschikbaar te moeten zijn en dus niet (voldoende) kunnen de-connecteren van het werk. Dat maakt dat thuiswerk ook het leiderschapsmodel heeft veranderd.”

Figuur 3: Keuze wanneer werknemers naar de werkvloer komen, werkgeversbevraging Acerta-Indiville 2024-2025
Thuiswerk verhoogt stress bij jongeren
Wat met stress? Om af te sluiten vroegen we aan de werknemers of ze minder stress ervaren als ze thuiswerken in vergelijking met de dagen waarop ze op de werkvloer aan de slag zijn. Het stressniveau verschilt sterk tussen de verschillende profielen van werknemers. Het hoger management ervaart meer stress bij thuiswerk (36,6%) tegenover uitvoerend (14,6%) en administratief personeel die dit veel minder (11,4%) ervaren. Het merendeel van de werknemers ervaart niet meer stress bij thuiswerk.
Ellen Van Grunderbeek: “Het valt op dat vooral jongeren (18-35 jaar) meer stress ervaren (21%), terwijl het net die generatie is die voorstander is om nog meer thuis te kunnen werken (33,8%). Een verklaring kan zijn dat jongere werknemers meer dan hun oudere collega’s nood hebben aan omkadering, terwijl thuiswerk net meer autonomie vereist. Gebrek aan zelfvertrouwen – door minder werkervaring – kan leiden tot meer spanning.”
Over de cijfers
De gegevens komen van de jaarlijkse Spiegelbevraging die Acerta Consult door het onderzoeksbureau Indiville laat uitvoeren bij een representatief staal van meer dan 500 Belgische werkgevers en nog eens bij meer dan 2.000 werknemers. De data van de bedrijven werden gewogen om representatief te zijn voor België naar het aantal werknemers in de actieve ondernemingen met minstens vijf werknemers. De data van de werknemers werden gewogen om representatief te zijn voor België naar statuut, leeftijd, geslacht en taal.
Vragen als journalist?
Gelieve contact op te nemen met Acerta – Sylva De Craecker