Aanvullende crisisuitkering voor arbeidsongeschikte zelfstandigen
De federale regering heeft beslist om tijdelijk een aanvullende crisisuitkering toe te kennen aan bepaalde arbeidsongeschikt erkende zelfstandigen en meewerkende echtgenoten als gevolg van de COVID-19-pandemie. Deze tijdelijke maatregel treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 maart 2020 en loopt tot 31 december 2020.
Arbeidsongeschikte zelfstandigen en meewerkende echtgenoten die ten vroegste arbeidsongeschikt geworden zijn op 1 maart 2020 of die ten vroegste vanaf deze datum een beroepsactiviteit begonnen zijn met toelating van de adviserend geneesheer van hun ziekenfonds, hadden geen recht op het crisisoverbruggingsrecht. Het overbruggingsrecht is immers niet cumuleerbaar met een arbeidsongeschiktheidsuitkering.
Maar het bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering van een samenwonende gerechtigde zonder gezinslast ligt lager dan het overbruggingsrecht.
Om die reden wordt nu een aanvullende crisisuitkering toegekend aan deze zelfstandigen en meewerkende echtgenoten. Op die manier is het totale bedrag van de arbeidsongeschiktheidsuitkering gelijk aan het maandelijks bedrag van het overbruggingsrecht.
In onderstaande tabel geven wij u een overzicht van alle bedragen:
|
Maandbedragen |
Met gezinslast |
Zonder gezinslast |
Samenwonende zonder gezinslast |
|
Uitkering arbeidsongeschiktheid |
1 614,10 euro |
1 291,69 euro |
990,60 euro (*) |
|
Overbruggingsrecht |
1 614,10 euro |
1 291,69 euro |
|
(*) Deze uitkering wordt aangevuld met een aanvullende crisisuitkering, waarna het totaalbedrag ook 1 291,69 euro per maand zal zijn.