Nieuwe verplichtingen coronabescherming voor dienstencheque werknemers

Als werkgever heb je al langer de verplichting om preventieve maatregelen te nemen om de verspreiding van corona tegen te gaan en de veiligheid van je medewerker te garanderen. Sinds 4 juli 2021 zijn daar enkele verplichtingen bij gekomen: je zal je medewerkers vanaf dan van mondmaskers en desinfecterende gel moeten voorzien.

Ten eerste zal je mondmaskers ter beschikking moeten stellen van je medewerkers. Je kan ervoor kiezen om ofwel wegwerpmondmaskers, ofwel herbruikbare mondmaskers te voorzien. Afhankelijk van je keuze, moet je minstens een bepaald aantal mondmaskers verstrekken.

Wegwerpmondmaskers

Kies je voor wegwerpmondmaskers, dan ben je verplicht je medewerker minstens evenveel mondmaskers te geven als het aantal werkplaatsen waar die medewerker die week tewerk gesteld zal worden. Als je medewerker op een (of meerdere) van die plaatsen langer dan vier uur moet werken, dan moet je bovenop dat aantal mondmaskers een extra mondmasker voorzien per plaats waar hij langer dan vier uur zal werken. Je moet je medewerker elke week voorzien van nieuwe wegwerpmondmaskers.

Herbruikbare mondmaskers

Kies je voor herbruikbare mondmaskers, dan geldt hetzelfde aantal mondmaskers als voor wegwerpmondmaskers, met het verschil dat je dat aantal niet wekelijks moet voorzien, maar dat je elke 15 weken nieuwe mondmaskers bezorgt aan je medewerkers.

Naast mondmaskers, ben je er als werkgever toe verplicht voldoende desinfecterende gel (of een gelijkaardig product) te bezorgen aan je medewerker, zodat die de handen kan ontsmetten voor, tijdens en na elke prestatie.

Als je geen of onvoldoende mondmaskers of desinfecterende gel voorziet, dan riskeer je een administratieve boete van 200 tot 2.000 euro of een strafrechtelijke geldboete van 400 tot 40.000 euro. Die bedragen worden vermenigvuldigd met het aantal medewerkers dat geen of onvoldoende mondmaskers en/of desinfecterende gel voorhanden had.

Als je medewerker vaststelt dat hij zijn werk niet in veilige omstandigheden kan uitvoeren omdat de preventieve maatregelen niet worden toegepast, dan heeft de medewerker daarnaast het recht om zijn prestaties op te schorten zolang de situatie niet is opgelost. Als de situatie langer duurt dan de helft van de voorziene prestatietijd, dan heeft de medewerker het recht om de werkplaats te verlaten. Daarvoor is uiteraard wel vereist dat de medewerker je onmiddellijk op de hoogte heeft gebracht van de onveilige situatie.

Deze bovenstaande regeling geldt tot 30 september 2021.

Alle informatie hierover kan je terugvinden in de ‘Veel gestelde vragen’ op onze website.

^{Bron: Wet van 4 juli 2021 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19-pandemie, BS 4 juli 2021.}