Mobiliteitsbudget overtuigt slechts 0,15 % van doelgroep na twee jaar, maar 2021 wordt beter

1 maart is de tweede verjaardag van het mobiliteitsbudget. Het verving de cash for car, als een ambitieuzer antwoord op de mobiliteitsissues. Twee jaar na het invoeren van het mobiliteitsbudget, koos maar 0,15 % van de werknemers die in aanmerking komen voor een bedrijfswagen voor dit alternatief. 1,5 op 1000 dus. In januari 2020 was dat nog 1 op 10.000.

Karolien Van Herpe, Senior Legal Consultant Acerta: “0,15 % is natuurlijk niet veel. Het ziet ernaar uit dat redelijk wat werknemers en werkgevers nog niet vertrouwd zijn met het concept. De coronacrisis heeft duidelijk gemaakt dat er behoefte is aan een nieuwe vorm van mobiliteit, maar vandaag ligt de aandacht op dringende zaken. Het onderwerp mobiliteit werd dus even geparkeerd. Op basis van de talrijke vragen die wij krijgen, mogen we toch stellen dat de interesse in het mobiliteitsbudget er wel degelijk is. Beide, werkgevers en werknemers, voelen dat de manier van werken voorgoed veranderd is; alleen lijken ze nu nog even af te wachten welke richting het ‘werken van de toekomst’ precies zal uitgaan, wat begrijpelijk is. Wij verwachten dat het mobiliteitsbeleid en specifiek de bedrijfswagen een van de topics zal zijn die hr zal willen vastpakken.”

Het mobiliteitsbudget is een hefboom naar een groenere mobiliteit. Dit gaat over het opentrekken van de bedrijfswagen als enige optie naar meerdere mobiliteitsoplossingen waaruit de werknemer de beste keuze kan maken, zonder aan het budget zelf te tornen. De groene oplossingen worden daarbij gepromoot, want die zijn fiscaal het voordeligste.

Karolien Van Herpe: “Het systeem botst wel nog op praktische hindernissen. Ook al zou je voor een kleinere auto kiezen, door de strenge uitstooteisen blijft er dan geen budget over voor bijvoorbeeld een extra plooifiets of voor een busabonnement. Bedrijven investeren bijvoorbeeld wel in laadpalen, maar nu we meer van thuis werken, hebben we daar niet zoveel aan. Het aanbod van zowel de auto’s zelf als de oplaadmogelijkheden is nog niet helemaal mee met de groene ambitie.”

Ook voor de werkgever is het nog een grote drempel naar een mobiliteitsbeleid met daarin het mobiliteitsbudget. De hr-afdeling moet contacten leggen met partners die mobiliteitsoplossingen aanbieden. En dat elke medewerker voor zichzelf de beste oplossing kan kiezen, maakt de hele opvolging er natuurlijk ook niet gemakkelijker op.

Karolien Van Herpe: “We zien wel dat er gesproken wordt over versoepelingen van het concept. Logisch, we leven en werken ondertussen in een andere realiteit. Waar iemand werkt, bepaalt de woon-werkverplaatsing, maar hoe zit dat als iemand thuiswerkt? Wat velen nog niet weten, is dat je met het mobiliteitsbudget ook je interest op je hypothecaire lening of je huur kan betalen. Wanneer je 60 % van je tijd thuis werkt, kan je je budget gebruiken voor de financiering van huisvestingskosten. Een mogelijkheid die het mobiliteitsbudget voor veel werknemers een heel stuk interessanter maakt.”

Amaury Gerard van Mbrella: “Het mobiliteitsbudget is kostenneutraal voor de werkgever, en biedt een waaier aan mogelijkheden voor de werknemer. We horen vaak van bedrijven dat ze het mobiliteitsbudget wel zien als een verloningstechniek die tegemoet komt aan de noden van het personeel, gezien het fiscaal voordeel voor hun medewerkers, maar dat de invoering ervan te complex is. Daarom hebben we een hr‑platform ontwikkeld waarin zowel werkgevers als werknemers het mobiliteitsbudget gemakkelijk kunnen beheren. We zijn ervan overtuigd dat het mobiliteitsbudget de manier is om je ecologische voetafdruk te verlagen en een fiscaal geoptimaliseerd verloningspakket aan te bieden.”

^{Over de cijfers}

^{De verzamelde gegevens zijn gebaseerd op een representatieve steekproef met de werkelijke gegevens van 260.000 werknemers in dienst bij meer dan 40.000 werkgevers uit de private sector, waartoe zowel kmo’s als grote ondernemingen behoren.}