Ministerraad zet voor zomerreces nieuwe wetgeving in de steigers

Op 20 juli 2023 sloot de ministerraad het politiek werkjaar af en keurde daarbij diverse ontwerpen goed die nu voor advies voorgelegd worden.

Op 1 januari 2022 wijzigden, dankzij de wet over de fiscale en sociale vergroening van de mobiliteit, verschillende aspecten van het mobiliteitsbudget.

Die wet voorzag dat het bedrag van het mobiliteitsbudget minimum 3.000 euro en maximum een vijfde van het totale brutoloon mag bedragen, met een absoluut maximum van 16.000 euro per kalenderjaar. Ook werd de mogelijkheid voorzien om een formule vast te leggen waarmee het bedrag van het mobiliteitsbudget op basis van werkelijke kosten of op basis van forfaitaire waarden moet, resp. kan worden berekend. Aan deze bepaling van de total cost of ownership (TCO) wordt nu uitvoering gegeven.

Op 20 december 2022 sloten de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad cao nr. 94/1 over het werknemersmedezeggenschap in de uit grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen ontstane vennootschappen.

Om de EU-richtlijn 2019/2121 over deze grensoverschrijdende omzettingen, fusies en splitsingen volledig te kunnen omzetten, is – naast de cao – bijkomende wetgeving vereist die verschillende maatregelen bevat over de vertrouwelijkheid van overgemaakte inlichtingen, de bescherming van de werknemersvertegenwoordigers, de sancties en de gerechtelijke controle om de goede werking van de procedures met betrekking tot het medezeggenschap van de werknemers van vennootschappen die ontstaan zijn uit een grensoverschrijdende fusie, splitsing of omzetting te waarborgen.

Er wordt ook gesleuteld aan de nieuwe regeling voor de vergoeding voor auteursrechten.

Er wordt uitdrukkelijk toegevoegd dat, bij loonconversie (dit is de omzetting van loon, een premie of een ander voordeel) zonder naleving van de daarop van toepassing zijnde voorwaarden, de omgezette vergoeding onderworpen is aan RSZ-bijdragen.

Daarnaast wordt een wijziging aangebracht aan de aangifteperiode voor regularisatie. Auteursrechtenvergoedingen die betrekking hebben op originele werken van letterkunde of kunst of op prestaties van uitvoerende kunstenaars, die betrekking hebben op de jaren 2018-2021 en die als loon bij de fiscus aangegeven werden, kunnen geregulariseerd worden als RSZ-vrije vergoedingen. Deze aangiftetermijn (via looncode 47 in de DmfA-aangifte) wordt verlengd van 30 juni naar 31 december 2023.

De programmawet van 26 december 2022 voorzag in de invoering van een elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem voor schoonmaak- en/of onderhoudswerkzaamheden.  Zo zal binnenkort de aankomst en het vertrek op de arbeidsplaats moeten worden geregistreerd en zal de registratieplicht worden uitgebreid naar alle werken (ongeacht de waarde) en naar alle natuurlijke personen (werknemers, zelfstandigen, aannemers …) die aanwezig zijn op een arbeidsplaats waar onderhouds- en of reinigingswerken worden uitgevoerd.

De voorwaarden waaraan dat registratiesysteem moet voldoen, krijgen nu verder vorm en zijn de volgende:   

• de gelijkwaardige minimale waarborgen waaraan een andere automatische registratiewijze dan het elektronisch registratiesysteem moet voldoen;
• de eigenschappen van het registratiesysteem alsook de verschillende registratiemiddelen en hun technische specificaties die zijn toegestaan om te kunnen registreren;
• de regels over het bijhouden van het systeem en de verdere regels voor het verzenden van de gegevens, in het bijzonder het tijdstip van verzending;
• de informatie over de te registreren gegevens die het registratiesysteem moet bevatten en welke gegevens niet moeten worden geregistreerd indien zij reeds elektronisch beschikbaar zijn voor de autoriteit en in het kader van de programmawet kunnen worden gebruikt;
• de verplichting voor de RSZ om een beveiligde elektronische applicatie op de portaalsite van de sociale zekerheid ter beschikking te stellen van de personen voor wie de inschrijvingsplicht geldt;
• de verplichting om informatie te verstrekken over de soorten compatibele registratiemiddelen en wat wordt verstaan onder compatibiliteit met het registratieapparaat.

De berekening van de responsabiliseringsbijdrage voor langdurig zieken wordt bijgesteld voor de uitzendsector. In principe wordt bij de berekening van de bijdrage rekening gehouden met werknemers die ten minste drie jaar bij de werkgever aan de slag zijn.

Omwille van de bijzonderheden van de uitzendsector, voldoen weinig werknemers aan de anciënniteitsvoorwaarde. Dit geeft vertekende beeld bij uitzendbureaus die ook schoonmaakdiensten leveren in de dienstenchequesector. Om die reden zal de berekeningswijze van de responsabiliseringsbijdrage worden aangepast voor werkgevers in de uitzend- en de schoonmaaksector.

_{Bron:
Ministerraad van 20 juli 2023, Ministerraad van 20 juli 2023 | News.belgium.}