Terug naar overzicht

Programmadecreet begroting 2025 geeft uitvoering aan het Vlaams Regeerakkoord

Op 25 oktober 2024 keurde de Vlaamse Regering een voorontwerp van Programmadecreet bij de begrotingsopmaak 2025 goed. Daarmee zullen verschillende maatregelen uit het Vlaams Regeerakkoord uitgevoerd worden.  

We bieden je een overzicht van de aankomende wijzigingen. Let wel: verschillende instanties moeten nog advies uitbrengen over het voorontwerp, waarna het pas finaal goedgekeurd en gepubliceerd zal worden.  

Wijkwerken en dienstencheques

Vanaf 1 januari 2025 wordt het fiscaal voordeel in de personenbelasting bij aankoop van dienstencheques afgeschaft. Over de aangekondigde verbetering van de loon- en arbeidsvoorwaarden van dienstencheque-werknemers lezen we in dit ontwerpdecreet voorlopig nog niets. 

Doelgroepverminderingen

In het Vlaamse Regeerakkoord 2024-2029 werd de ambitie opgenomen om de diverse arbeidsmaatregelen te evalueren, rekening houdend met de noden van de arbeidsmarkt. Waar nodig zullen bepaalde maatregelen worden hervormd of stopgezet.  

Doelgroepvermindering oudere zittende werknemers 

De doelgroepvermindering voor oudere zittende werknemers is afgeschaft sinds 1 juli 2024. Er werd door de vorige Vlaams Regering echter voorzien in een overgangsmaatregel voor werknemers die op 30 juni 2024 ten minste 62 jaar waren. Voor deze werknemers kon de werkgever nog een RSZ-vermindering genieten tot 30 juni 2028. 

De Vlaamse Regering wijzigt deze overgangsmaatregel aangezien de krapte op de arbeidsmarkt prangend blijft, en de RSZ-korting niet langer relevant is. De doelgroepvermindering voor oudere zittende werknemers vervalt dan ook definitief vanaf 1 juli 2025.  

Doelgroepvermindering voor huispersoneel 

De doelgroepvermindering voor dienstboden en huispersoneel wordt geschrapt vanaf 1 januari 2025. Het effect van deze maatregel kan volgens de Vlaamse Regering onvoldoende aangetoond worden. Het beperkt aantal VTE’s die hiervan gebruik maken, verantwoordt dan ook de stopzetting van de maatregel.  

Premie en doelgroepvermindering gesubsidieerde contractuelen (gesco)  

De gesco-maatregel werd ingevoerd om directe jobs te creëren voor werklozen. 

In 2015 en 2016 traden al uitdoofscenario’s in werking voor de gesco-maatregel, maar in het huidige uitdoofscenario zou de laatste gesco pas in 2052 met pensioen gaan.  

Volgens de Vlaamse Regering staan de kosten voor het administratieve beheer en de uitvoering van de maatregel steeds minder in verhouding met de nog aanwezige gesubsidieerde arbeidsplaatsen. Vanaf 1 februari 2025 zullen werkgevers geen bestaande gesco-werknemers meer kunnen vervangen.  

De loonpremie (momenteel uitbetaald door het Departement Werk en Sociale Economie) wordt vanaf 1 juli 2025 niet langer uitbetaald. Ook de doelgroepvermindering wordt stopgezet vanaf 1 juli 2025.  

Derde Arbeidscircuit (DAC)

Deze maatregel dateert van het begin van de jaren 1980 en had als doel om structureel werklozen aan de slag te laten gaan in de niet-commerciële sector, om hen nadien te laten doorstromen naar een reguliere tewerkstelling.  

Ook deze maatregel werd jaren geleden al afgebouwd, maar aan het huidige uitdooftempo zou de laatste DAC’er pas in 2055 op pensioen gaan. Volgens de Vlaamse Regering daalt de operationele kost niet evenredig met het aantal DAC’ers die momenteel nog via deze maatregel worden tewerkgesteld. 

Het voorontwerp van Programmadecreet bepaalt dat er een opheffings- en een vergoedingsregeling uitgewerkt moet worden.

Vlaams opleidingsverlof

Vlaams opleidingsverlof (VOV) is het recht voor werknemers in de privésector om afwezig te zijn op het werk om een opleiding te volgen of andere activiteiten in verband met die opleiding te verrichten (zoals studeren en examens afleggen), en dat met behoud van hun loon (eventueel beperkt tot een bepaald maximum).  

In het Vlaams Regeerakkoord staat dat het Vlaams opleidingsverlof zal worden hervormd om meer nadruk te leggen op de knelpuntberoepen. Die hervorming komt nog niet aan bod in het voorontwerp van Programmadecreet. De bedoeling is dat dit in een latere fase wordt vormgegeven en in regelgeving wordt gegoten. Wel bevat het voorontwerp de volgende maatregelen voor het Vlaams opleidingsverlof: 

1. In de lijst van opleidingstypes die recht kunnen geven op Vlaams opleidingsverlof, wordt de vermelding van EVC-trajecten (elders verworven competenties) uitgebreid naar alle beroepskwalificerende trajecten erkend door de Vlaamse Gemeenschap.  

2. Voor de opleidingen die goedgekeurd zijn door het bevoegde paritair comité of door de Vlaamse opleidingscommissie, komt er een nieuwe voorwaarde om recht te kunnen geven op Vlaams opleidingsverlof: bedrijfsinterne opleidingen zullen niet meer onder die categorie vallen. 

  • Volgens het voorontwerp zullen bedrijfsinterne opleidingen, die starten vanaf 1 september 2025, worden uitgesloten van het recht op Vlaams opleidingsverlof.  
  • Bedrijfsinterne opleidingen zijn opleidingen die de werkgever organiseert voor werknemers van de eigen onderneming, en waarbij de aangeleerde vaardigheden in de eerste plaats in het belang zijn van het functioneren van de onderneming zelf.  
  • Als zo’n opleiding wordt gegeven door werknemers van de werkgever wordt de opleiding als bedrijfsintern beschouwd. Dit geldt ook wanneer de opleiding wordt gegeven door werknemers van een gebruiker die uitzendkrachten opleidt.  

3. Zoals reeds aangekondigd, voorziet het voorontwerp in een structurele verankering van het gemeenschappelijk initiatiefrecht.  

 

We volgen de ontwikkelingen van nabij op.  

Op de hoogte blijven van alle sociaaljuridische ontwikkelingen?

Onze opleiding biedt je maandelijks een overzicht van alle wijzigingen op het gebied van arbeidswetgeving, fiscaliteit en sociale zekerheid.

Geschreven door

Ellen Van Grunderbeek

Juridisch adviseur bij Acerta

Deel dit artikel

Gerelateerde artikels