Wijziging van herwaarderingscoëfficiënt SWT vanaf 1 januari 2021
Op 15 december 2020 heeft de Nationale Arbeidsraad een collectieve arbeidsovereenkomst (nr. 17/40) gesloten die de herwaarderingscoëfficiënt in het kader van SWT vaststelt op 1,0032. Zo worden vanaf 1 januari 2021 zowel de aanvullende vergoeding SWT als het netto-referteloon aangepast.
Het inkomen van een persoon in SWT is samengesteld uit twee componenten:
- enerzijds de RVA-uitkering;
- anderzijds een aanvullende vergoeding waarbij wordt rekening gehouden met een begrensd netto-referteloon.
De aanvullende vergoeding is minimaal gelijk aan de helft van het verschil tussen het netto-referteloon en de werkloosheidsuitkering.
Het inkomen van de persoon in SWT kan in twee situaties wijzigen:
- elk jaar op 1 januari door de herwaardering na een beslissing van de Nationale Arbeidsraad;
- anderzijds door indexering op ogenblik van indexatie van de sociale uitkeringen.
De aanpassing van de aanvullende vergoeding gebeurt conform onderstaande tabel.
| Basis berekening referteloon | % verhoging aanvullende vergoeding |
|---|---|
| Referteloon van voor januari 2020 | 0,32% |
| Referteloon van januari , februari of maart 2020 | 0,24% |
| Referteloon van april, mei of juni 2020 | 0,16% |
| Referteloon van juli, augustus of september 2020 | 0,08% |
| Referteloon van oktober, november of december 2020 | geen aanpassing |
Naast de aanvullende vergoeding is er ook een aanpassing van het grensbedrag in kader van de berekening van het netto-referteloon. Vanaf 1 januari 2021 is het nieuwe bedrag 4.179,43 euro.
Het bedrag van de RVA-uitkering blijft onveranderd.
Bron:
CAO 17/40 van 15 december 2020 tot wijziging en uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, www.cnt-nar.be.