Akkoord voor 2023-2024 bereikt in PC 144 - 145
De sociale partners in de sector van de land- en tuinbouw hebben een akkoord gesloten op 15 december. Dit akkoord zal nog verder worden uitgevoerd via sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten. We geven hieronder een overzicht van de belangrijkste afspraken.
Een koopkrachtpremie
De sociale partners hebben voorzien in een koopkrachtpremie voor de sectoren van de land- en tuinbouw voor hun vaste werknemers. Seizoenarbeiders hebben hier geen recht op.
De bedragen van de premie variëren in functie van de activiteit en de criteria hoge en uitzonderlijk hoge winst.
PC 144 en PC 145 +sub productiesectoren (met uitzondering van de sector parken en tuinen)
Hoge winst:
- Ondernemingen die gebruik maken van het forfaitair belastingregime: de omzet in 2022 is groter dan nul
- Ondernemingen die geen gebruik maken van het forfaitair belastingregime: een positieve operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het boekjaar dat afgesloten wordt in 2022.
Uitzonderlijk hoge winst:
- Ondernemingen die gebruik maken van het forfaitair belastingregime: de omzet in 2022 is minstens anderhalve keer de omzet van 2021.
- Ondernemingen die geen gebruik maken van het forfaitair belastingregime: een operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het boekjaar dat afgesloten wordt in 2022 die minstens anderhalve keer de operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het voorgaande boekjaar bedraagt.
Hoge winst |
Uitzonderlijk hoge winst |
200 euro in geval van forfaitair belastingregime 250* euro in geval geen forfaitair belastingregime |
400* euro ongeacht het gehanteerde regime |
* Indien bij de ondernemingen die geen gebruik maken van de forfaitaire fiscale aangifte de som van de uit te betalen premies meer bedraagt dan 50% van de netto winst van 2022, wordt de premie verhoudingsgewijs verminderd tot de som van de uit te betalen premies deze 50% bereikt.
PC 145.040 en PC 145.440 tuinaanleg
Hoge winst: een positieve operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het boekjaar dat afgesloten wordt in 2022.
Uitzonderlijk hoge winst: een operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het boekjaar dat afgesloten wordt in 2022 die minstens 1,25 keer de operationele bedrijfswinst (code 9901 van de jaarrekening) van het voorgaande boekjaar bedraagt.
Hoge winst |
Uitzonderlijk hoge winst |
250 euro |
375 euro indien de operationele bedrijfswinst minstens met 25% is gestegen 500 euro indien de operationele bedrijfswinst minsten met 50% is gestegen |
Indien de som van de uit te betalen premies meer bedraagt dan 50% van de netto winst van 2022, wordt de premie verhoudingsgewijs verminderd tot de som van de uit te betalen premies deze 50% bereikt.
In alle gevallen worden de verschuldigde bedragen aangepast in functie van het tewerkstellingsregime. De koopkrachtpremie is verschuldigd aan de werknemers die op 31 oktober 2023 in dienst zijn. Het is ook vereist dat ze in de periode van 1 november 2022 tot 31 oktober 2023 meer dan 6 weken verbonden zijn geweest door een arbeidsovereenkomst.
Klant bij Acerta?
Je zal nog communicatie ontvangen over hoe je praktisch tewerk zal moeten gaan om dit in orde te brengen voor jouw werknemers.
Voor meer informatie hierover en de nodige modeldocumenten en/of begeleiding door Acerta Consult, kan je terecht op Koopkrachtpremie - Acerta.
Voldoe je niet aan de sectorale voorwaarden en wil je toch een koopkrachtpremie toekennen, of voldoe je wel aan de sectorale voorwaarden, maar wil je een hoger bedrag toekennen? Dat kan, als je voldoet aan de voorwaarden die worden opgelegd door de algemene wetgeving.
Voor meer informatie hierover en de nodige modeldocumenten en/of begeleiding door Acerta Consult, kan je terecht op Koopkrachtpremie - Acerta.
Indexering van de lonen
Op 1 januari 2024 indexeren de lonen met 1,83%. Er wordt een tussentijds systeem van indexering voorzien indien over de periode van november van het jaar x-1 tot en met de maand mei van het jaar x een resultaat van minstens 3% wordt bereikt volgens de geldende formule voor de loonindexering. In dat geval zal er op 1 juli van 2024 een tussentijdse indexering plaatsvinden. Als het resultaat kleiner is dan 3%, gebeurt de indexering pas op 1 januari 2025.
Fietsvergoeding
Vanaf 1 januari 2024 bedraagt de fietsvergoeding 0,27 euro per kilometer.
Eindejaarspremie
Vanaf 2024 wordt de eindejaarspremie toegekend in functie van het aantal gewerkte en gelijkgestelde maanden in de referteperiode wanneer een werknemer (arbeider of bediende) zelf zijn arbeidsovereenkomst beëindigt door middel van een opzeggingstermijn of via een verbreking van de overeenkomst. De voorwaarde van 5 jaar anciënniteit die nu bestaat voor de bedienden, wordt geschrapt.
Omzetting ecocheques in maaltijdcheques
Indien u maaltijdcheques toekent met een waarde die lager is dan het reglementair voorziene maximumbedrag per dag, kan u de sectoraal voorziene ecocheques omzetten in een hoger dagbedrag aan maaltijdcheques. U moet hiervoor een cao op ondernemingsniveau afsluiten. Indien er geen syndicale delegatie in uw onderneming is, kan dit ook door een akkoord met de gewestelijke vrijgestelde van een vakbond. U moet het bevoegde sociaal Fonds op de hoogte brengen van deze omzetting voor 15 oktober.
Arbeidsduur bedienden
Bedienden die leiding geven en toezicht houden over arbeiders, zullen worden opgenomen in het toepassingsgebied van de wetgeving die uitvoering geeft aan “de grote flexibiliteit” van art. 23 van de arbeidswet (tot 11u per dag / 50u per week), waardoor in specifieke gevallen de normale grenzen van de arbeidsduur niet gelden.
Flexijobs
Flexijobs kunnen in de land- en tuinbouw niet voor de klassieke werkzaamheden. De seizoenregeling in de land- en tuinbouw is structureel verankerd. Daarnaast is er een verruiming van de seizoenarbeid voor alle dierlijke sectoren én geldt voor de tuinbouw terug de mogelijkheid van betaling in de hand. Het is wel mogelijk flexijobs in te zetten voor de verbredingsactiviteiten in de land- en tuinbouw zoals thuisverkoop en - verwerking, hoevetoerisme. Het moet hier wel gaan om personen die uitsluitend aan deze activiteiten tewerk gesteld worden en over afgezonderde activiteiten. Flexijobs kunnen wel in de sector van de tuinaanleg. Hier is er immers geen seizoenarbeid mogelijk.
Seizoenarbeid in land- en tuinbouw
Vanaf 1 januari 2024 wordt voorzien om het hoger forfaitair dagloon, dat geldt in de witloofteelt vanaf de 66ste dag, af te schaffen.
In de landbouw wordt de regeling van de 100 halve dagen seizoenarbeid vanaf 2024 tot eind 2025 verruimd tot alle dierlijke sectoren.
De compensatieregeling vanuit het Waarborg en Sociaal Fonds voor de bloemisterij wordt verlengd tot 30 juni 2025 onder de bestaande voorwaarden.
Betaling loon van hand tot hand
Voor de seizoenarbeid in de tuinbouw bestaat vanaf 1 januari 2024 terug de mogelijkheid om gedurende 8 weken per jaar een voorschot in de hand uit te betalen van 65 euro per week. Dit is toch 260 euro per maand. Maximaal de helft van loon kan in de hand worden betaald. Deze regeling geldt voor onbepaalde duur.
Feestdagen seizoenwerknemers land- en tuinbouw
Er wordt een werkgroep opgericht om rechtszekerheid te voorzien in de situatie van feestdagen die zich situeren na de tewerkstelling.
Bestaanszekerheid tijdelijke werkloosheid en ziekte
Er zal een vereenvoudiging gebeuren van de aanvraag en uitbetaling van diverse aanvullende uitkeringen. Een werkgroep zal hiervoor de nodige stappen zetten tegen 1 april 2024.
Syndicale premie
Vanaf 2024 wordt de syndicale premie voor vaste werknemers toegekend in functie van het aantal maanden dat de werknemer in dienst was met een arbeidsovereenkomst. Er wordt niet langer een onderscheid gemaakt tussen gewerkte en gelijkgestelde periodes.
Wanneer een werknemer in dienst is gekomen voor de 15de van een maand of uit dienst is getreden na de 15de van een maand, dan wordt deze maand als volledig beschouwd.
Voor seizoenwerknemers wordt vanaf 2024 1/12de van de syndicale premie van vaste werknemers toegekend per tewerkstelling van 20 dagen.
Documenten eindejaarspremie / syndicale premie
Vanaf 2024 worden de documenten die door het sociaal fonds worden afgeleverd inzake de eindejaarspremie of de syndicale premie, in het Nederlands of Frans opgesteld en daarnaast ook in een taal die de vaste werknemer of de seizoenwerknemer begrijpt.
Sociaal overleg – syndicale afvaardiging
Om na te gaan of een onderneming voldoet aan de voorwaarden om over te gaan tot de installatie van een syndicale afvaardiging, wordt bij de berekening van het aantal werknemers enkel rekening gehouden met de reguliere werknemers, waarbij geen onderscheid wordt gemaakt tussen arbeiders en bedienden.
Wanneer over de vier kwartalen van de referteperiode het aantal vaste werknemers gedaald is met minstens 15% in vergelijking met de vier kwartalen van x-1 en x-2 en het aantal seizoenwerknemers en/of interimkrachten over de vier kwartalen van de referteperiode gestegen is met minstens 15% in vergelijking met x-1 en x-2, dan wordt deze groep werknemers toch meegenomen in de telling.
Er wordt niet langer vereist dat minstens 1/3de van de werknemers aangesloten is bij de vakbond. Indien er minder dan 1/4de van de werknemers aangesloten is, wordt er geen syndicale afvaardiging geïnstalleerd.
Prevent Agri
De syndicale delegatie of het Comité voor Preventie en bescherming op het werk, kunnen aan de werkgever vragen dat er een audit zou kunnen plaatsvinden door Prevent Agri. Wanneer de werkgever aan deze vraag geen gevolg geeft binnen een periode van één maand, wordt dit gemeld aan het Dagelijks Bestuur van EDU-P.A. en of/ Mission Wallonne-P.A. . Er wordt in elk concreet geval naar een passende oplossing gestreefd.
Tijdskrediet – Landingsbanen – SWT
De cao’s die gesloten werden in de Nationale Arbeidsraad zullen uitgewerkt worden op sectoraal vlak.
Wanneer werknemers vanaf 1 januari 2024 instappen in een landingsbaan met een arbeidsduurvermindering van 1/5, wordt een maandelijkse aanvulling toegekend vanuit het bevoegde Sociaal Fonds ten belope van 86,05 euro/maand. Dit bedrag wordt elk jaar geïndexeerd op dezelfde wijze als de lonen.
Vorming
Voor de werknemers van tenminste 50 jaar oud die een anciënniteit hebben van minimum 20 jaar in de groene sectoren, wordt één extra dag per jaar voorzien die aan vorming moet besteed worden. De loonkost voor deze vormingsdagen wordt aan de werkgever terugbetaald vanuit de middelen die voor vorming voorzien zijn. In een werkgroep worden de praktische modaliteiten uitgewerkt. Deze afspraken zullen gefinaliseerd worden in het voorjaar 2024.
Een werkgroep zal tegen 31 maart 2024 nagaan of bepaalden vormingen ook kunnen worden opengesteld voor bepaalde categorieën van seizoenarbeiders in de sector van de tuinbouw, met uitsluiting van de sector van de tuinaanleg.
Penibiliteitsfonds
De regeling in verband met werknemers die de leeftijd van 45 jaar hebben bereikt zal verder lopen onder de bestaande voorwaarden.
Voor de bedienden wordt er ook rekening gehouden met de anciënniteit die zijn reeds hadden opgebouwd voor 1 januari 2023.
Ouplacement
De regels inzake outplacement zullen worden uitgebreid naar de bedienden. Het sociaal Fonds voor de Tuinaanleg en voor de Landbouw nemen 80% van de kosten van het outplacement op zich. Het Sociaal Fonds voor de Tuinbouw neemt 60% van de kosten op zich.
Plan Eerlijke Concurrentie groene sectoren
In het komende PEC zal aandacht gevraagd worden voor een vereenvoudiging en een modernisering van de administratie inzake seizoenarbeid. Er zal nagegaan worden of de plukkaart kan worden vervangen door een gemoderniseerd hulpmiddel waarbij de seizoenwerknemer het aantal dagen seizoenarbeid kan opvolgen.
Ook moet een oplossing worden uitgewerkt voor ontbreken van het domicilie-adres bij de kruispuntbank sociale zekerheid.
Gemeenschapsdienst
In Vlaanderen is er een decreet goedgekeurd waardoor een gemeenschapsdienst mogelijk wordt. De sociale partners van de Groene sectoren zijn geen vragende partij dat deze gemeenschapsdienst ook zou voorzien worden voor werkzaamheden in onze sectoren.