Nieuwe stap in de uitbreiding van adoptie- en pleegouderverlof wordt gezet op 1 januari 2025

Adoptieverlof

Als je werknemer een minderjarig kind adopteert, mag hij adoptieverlof opnemen om voor dat kind te zorgen.

Het adoptieverlof bestaat uit:

• enerzijds een individueel krediet per adoptieouder, van maximum zes weken (bij kinderen met een beperking en bij gelijktijdige adoptie van meerdere minderjarige kinderen gelden bijzondere regels), en
• anderzijds een bijkomend krediet te verdelen onder de adoptieouders.

Het is dit bijkomend krediet dat verhoogt vanaf 1 januari 2025. Die verhoging kadert in het volgende groeipad:

• het bijkomend krediet bedraagt één week vanaf 1 januari 2019;
• het bijkomend krediet bedraagt twee weken vanaf 1 januari 2021;
• het bijkomend krediet bedraagt drie weken vanaf 1 januari 2023;
• het bijkomend krediet bedraagt vier weken vanaf 1 januari 2025;
• het bijkomend krediet bedraagt vijf weken vanaf 1 januari 2027.

Om te weten hoeveel het bijkomend krediet bedraagt, moet je kijken naar de datum waarop je werknemer het adoptieverlof aanvraagt. Het bijkomend krediet bedraagt vier weken voor aanvragen vanaf 1 januari 2025, op voorwaarde dat het aangevraagde adoptieverlof ten vroegste van start gaat op 1 januari 2025.

Voorbeeld:
Je werknemer zal, samen met zijn partner die voor een andere werkgever werkt, een minderjarig kind adopteren op 1 maart 2025. Je werknemer wil vanaf die datum adoptieverlof opnemen, en vraagt dit bij je aan op 9 januari 2025. Je werknemer beslist, om zijn volledig individueel krediet op te nemen. Het volledig bijkomend krediet van 4 weken verdelen je werknemer en zijn partner gelijk onder elkaar. Je werknemer zal dus (maximaal) 8 weken adoptieverlof kunnen opnemen, en zijn partner eveneens maximaal 8 weken. Je werknemer moet je ten laatste op het ogenblik waarop het adoptieverlof ingaat, een verklaring op eer bezorgen waarin de verdeling van het bijkomend krediet tussen hem en zijn partner wordt vastgelegd.

Tijdens de eerste drie kalenderdagen van zijn adoptieverlof heeft je werknemer recht op het behoud van zijn normaal loon, en moet je hem dus doorbetalen.

Tijdens de resterende duur van het adoptieverlof ontvangt je werknemer geen loon, maar heeft hij recht op een uitkering van zijn ziekenfonds.

Pleegouderverlof

Je werknemer die een minderjarig kind in zijn gezin onthaalt in het kader van langdurige pleegzorg, heeft recht op pleegouderverlof om voor dit kind te zorgen.

Met langdurige pleegzorg wordt bedoeld pleegzorg waarvan bij aanvang duidelijk is dat het kind voor minstens zes maanden in hetzelfde pleeggezin of bij dezelfde pleegouder of dezelfde pleegouders zal verblijven. De attestering hiervan gebeurt door de bevoegde pleegzorgdiensten binnen de drie gemeenschappen.

Net als het adoptieverlof, bestaat het pleegouderverlof uit:

• enerzijds een individueel krediet per pleegouder, van maximum 6 weken (ook hier gelden bijzondere regels bij kinderen met een beperking en bij gelijktijdig onthaal van meerdere minderjarige kinderen), en
• anderzijds een bijkomend krediet te verdelen onder de pleegouders.

Dat bijkomend krediet evolueert in de periode 2019-2027 volgens hetzelfde groeipad als het adoptieverlof.

Om te weten hoeveel het bijkomend krediet bedraagt, moet ook hier worden gekeken naar de datum van de aanvraag én de aanvang van het pleegouderverlof. 

De toewijzing of verdeling van het bijkomend krediet tussen de twee pleegouders moet worden vastgelegd in een verklaring op eer die wordt overhandigd aan de werkgever.

Tijdens de eerste drie kalenderdagen van zijn pleegouderverlof heeft je werknemer recht op het behoud van zijn normaal loon, en moet je hem dus doorbetalen.

Tijdens de rest van het pleegouderverlof ontvangt je werknemer geen loon, maar heeft hij recht op een uitkering van zijn ziekenfonds.

Pleegzorgverlof

Het pleegouderverlof is niet te verwarren met het pleegzorgverlof. Pleegzorgverlof biedt werknemers die officieel als pleegouder zijn aangesteld de mogelijkheid om maximaal 6 dagen per kalenderjaar afwezig te zijn voor gebeurtenissen die specifiek te maken hebben met de pleegzorgsituatie en waarvoor hun tussenkomst tijdens de arbeidsuren nodig is, bijvoorbeeld wanneer er een afspraak is met de dienst voor pleegzorg. Voor deze dagen heeft de werknemer recht op een uitkering van de RVA. Als het pleeggezin bestaat uit twee werknemers, moeten zij deze maximum 6 dagen pleegzorgverlof onder elkaar verdelen. 

In tegenstelling tot bij het adoptieverlof en het pleegouderverlof, voorziet regelgeving niet in een groeipad voor het pleegzorgverlof. Ook in 2025 blijft het maximum aantal dagen pleegouderverlof dus op 6.

^Bron: 

• ^{art. 30ter, 30quater en 30sexies van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten}
• ^{koninklijk besluit van 1 maart 2019 betreffende de verdeling van de bijkomende weken adoptieverlof, bedoeld in artikel 30ter, § 1, tweede lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, tussen de twee adoptieouders}
• ^{koninklijk besluit van 1 maart 2019 tot uitvoering van sommige bepalingen van artikel 30sexies van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten inzake het pleegouderverlof}
• ^{koninklijk besluit van 27 oktober 2008 betreffende de afwezigheid van het werk met het oog op het verstrekken van pleegzorgen}
• ^{koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende het behoud van het normaal loon ten laste van de werkgever gedurende de eerste drie dagen van het adoptieverlof}