Vorige

Nieuwe vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing op komst voor seizoenarbeid in de tuinbouwsector

Uitbreiding regeling gelegenheidsarbeid vanaf 1 juli 2023

In de land- en tuinbouwsector kan op RSZ-vlak gebruik gemaakt worden van het voordeelregime van de gelegenheidsarbeid. Dit regime houdt in dat – voor een bepaald aantal dagen per jaar – de RSZ-bijdragen berekend worden op een forfaitair dagloon in de plaats van op het reële loon van de gelegenheidsarbeider. Op sectoraal vlak spreekt men doorgaans over “seizoenarbeid”.

De regering besliste recent om het maximumaantal dagen waarvoor gebruik gemaakt kan worden van die voordelige RSZ-berekening op te trekken zoals weergegeven in onderstaande tabel:

(Sub)sector

Aantal dagen

(tot eind juni 2023)

Aantal dagen

vanaf 1 juli 2023

PC 144 landbouw

 

Interimarbeid

 

Melkvee (NACE-code 01.410)

30 dagen

50 dagen

 

30 dagen

 

100 halve dagen

PC 144 vlas 30 dagen 50 dagen

PC 145+sub (niet: onderhoud van parken en tuinen)

 

Interimarbeid

65 dagen

100 dagen voor alle productiesectoren

 

65 dagen

Tegelijkertijd werd beslist om de lonen voor de gelegenheidsarbeiders op te trekken tot het niveau van de laagste categorie van de vaste werknemers in de land- en tuinbouwsector. Deze bedragen zijn terug te vinden in afdeling 20.2 van de betrokken sectorale gidsen in Trefzeker.

Om de stijging van de loonkost die daaruit voortvloeit voor de werkgevers uit de betrokken sectoren werd voorzien in compenserende maatregelen. Een van deze compensaties is de invoering van een nieuwe gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing (BV).

Nieuwe gedeeltelijke vrijstelling doorstorting BV

Er is een nieuwe gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing ingevoerd, specifiek voor de werkgevers uit de tuinbouwsector die zich hoofdzakelijk bezighouden met fruit- of groenteteelt.

Vrijstelling doorstorting BV: principe

Via de techniek van de gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van BV geniet een werkgever een patronale lastenverlaging. Concreet moet een deel van de ingehouden BV niet worden doorgestort aan de FOD Financiën. Deze techniek  wordt ook gehanteerd in het kader van ploegenarbeid, het verrichten van wetenschappelijk onderzoek, het presteren van overuren en voor investeringen in steunzones.

Het gaat over een lastenverlaging voor de werkgever. Voor de werknemer verandert er niets.

Toepassingsgebied

De nieuwe gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van BV is van toepassing voor de werkgevers uit het paritair comité voor het tuinbouwbedrijf die zich in hoofdzaak bezighouden met fruitteelt of groenteteelt (PC 145.05 en 145.06).

Zij kunnen deze vrijstelling genieten op voorwaarde dat zij bezoldigingen betalen of toekennen voor prestaties als gelegenheidsarbeider in die subsectoren en dat zij schuldenaar zijn van de BV op die bezoldigingen. Zoals bij alle gedeeltelijke vrijstellingen van doorstorting van BV is ook hier vereist dat de BV op die bezoldigingen volledig ingehouden werd.

Omvang vrijstelling

De niet door te storten BV bedraagt 1,23 euro/uur arbeid gepresteerd als gelegenheidsarbeider in de fruit- of groenteteelt. Het gaat daarbij zowel over de effectief gepresteerde uren als over de daarmee gelijkgestelde uren waarvoor de werkgever het normale loon verschuldigd is (zoals bv. uitbetaalde feestdagen).

Deze vrijstelling wordt toegepast op de bezoldigingen van alle gelegenheidsarbeiders in de fruit- en groenteteelt in de onderneming, in de aangifteperiode (maand of kwartaal) waarin voor het eerst bezoldigingen worden uitbetaald voor de betrokken uren. Ze wordt toegepast na alle reeds bestaande gedeeltelijke vrijstellingen van doorstorting van bedrijfsvoorheffing behalve de IPA-korting en de vrijstelling in het kader van de startersjobs. 

De aanvullende BV, ontstaan via de toepassing van het fiscaal voluntariaat, mag niet in aanmerking worden genomen voor de berekening van de vrijstelling. Enkel de BV ingehouden volgens de wettelijke tarieven komt in aanmerking, dit betekent:

  • 11,11% BV voor gelegenheidsarbeiders rijksinwoners, en
  • 18,725% voor gelegenheidsarbeiders niet-rijksinwoners.
Tijdelijke vrijstelling van doorstorting

Momenteel is de toepassing van deze vrijstelling slechts voorzien voor de uren gepresteerd als gelegenheidsarbeider in de betrokken subsectoren, in de periode van 1 juli 2023 tot en met 31 december 2023.

De huidige afspraken in de land- en tuinbouwsector hebben slechts betrekking op de periode tot het einde van dit jaar. Er werd alleszins afgesproken om in het najaar opnieuw aan tafel te zitten. Mogelijk wordt deze maatregel dus nog verlengd.

 

UPDATE 27 november 2023: de wetgeving verscheen op  23 november in 2023 in het Belgisch Staatsblad. De vrijstelling kan retroactief toegepast worden.

Bronnen: Wet van 8 november 2023 houdende maatregelen tot ondersteuning van de gelegenheidsarbeiders in de land- en tuinbouw, BS 23 november 2023; Koninklijk besluit van 8 november 2023 met betrekking tot de tijdelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing als bedoeld in hoofdstuk 3 van de wet van 8 november 2023 houdende maatregelen tot ondersteuning van de gelegenheidsarbeiders in de land- en tuinbouw, BS 23 november 2023; Koninklijk besluit van 8 november 2023 tot wijziging van artikelen 8bis, 31bis en 32bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, BS 23 november 2023.

Deel dit artikel