Tijdelijke jaarpremie en sectoraal aanvullend pensioen in PC 200

Brokkelt de tijdelijke jaarpremie af? Moet jij hem nog betalen aan je werknemers?

In 2019 spraken de sociale partners van het aanvullend paritair comité voor bedienden (PC 200) af dat werkgevers jaarlijks een premie moeten betalen aan hun werknemers. Deze premie werd tijdelijke jaarpremie genoemd en wordt betaald in de maand december. Wordt er een aanvullend pensioen voorzien, dan is de tijdelijke jaarpremie niet meer verschuldigd.

Wat is de tijdelijke jaarpremie?

De tijdelijke jaarpremie werd ingevoerd om de ongelijkheid tussen arbeiders en bedienden met betrekking tot een aanvullend pensioen weg te werken. Het gaat dan om de ongelijkheid die zou bestaan tussen arbeiders en bedienden die tewerkgesteld zijn aan eenzelfde ondernemingsactiviteit.

Een sectoraal aanvullend pensioen is een pensioen dat de werknemer opbouwt bovenop zijn wettelijk pensioen, specifiek voor werknemers in een bepaalde sector. De bedoeling hiervan is de werknemers financiële zekerheid te bieden na hun pensioen. 

In sectoren zoals o.a. de bouwsector (PC 124), de garagesector (PC 112), de metaalhandel (PC 149.04) was er al een sectoraal aanvullend pensioen voor arbeiders. Voor de bedienden in diezelfde ondernemingen had de sector dat niet voorzien. De eerste stap om dit onevenwicht aan te pakken, was een budget te creëren voor een sectoraal aanvullend pensioen: de tijdelijke jaarpremie. 

Van tijdelijke jaarpremie naar sectoraal aanvullend pensioen

Sinds 2019 moeten de meeste werkgevers van bedienden uit het PC 200 een tijdelijke jaarpremie betalen. Deze tijdelijke premie is een ‘reservering’ van gelden voor de financiering van een sectoraal aanvullend pensioen. Zodra er een sectoraal aanvullend pensioen is ingesteld, vervalt (een deel van) de premie. Als de bijdrage voor het sectoraal aanvullend pensioen hoger of gelijk is aan de premie, vervalt de premie volledig. Is de premie hoger, dan wordt het resterende saldo uitbetaald aan de werknemer.

Zo is er al een sectoraal aanvullend pensioen voor bedienden met ondernemingsactiviteit bouw sinds 2023. Deze bedienden ontvangen geen tijdelijke jaarpremie meer vanaf het jaar 2023.

Vanaf 2025 zal voor de volgende werknemers geen, of geen volledige, tijdelijke jaarpremie uitbetaald moeten worden: bedienden die ressorteren onder het PC 200 en werken aan de ondernemingsactiviteit

• Garages (arbeiders PC 112)
• Taxi’s en verhuren van voertuigen met bestuurder (arbeiders PC 140.025)
• Koetswerk (arbeiders PC 149.020)
• Edele metalen (arbeiders PC 149.030)
• Metaalhandel (arbeiders PC 149.040)

Wordt er op ondernemingsniveau een aanvullend pensioen voorzien dat minstens gelijkwaardig is, dan is er uiteraard ook geen tijdelijke jaarpremie of sectoraal aanvullend pensioen meer verschuldigd.

Werkgevers die vanaf 2025 geïmpacteerd zijn door deze laatste wijzigingen zullen van Acerta nog een vragenlijst ontvangen.

Lees er meer over in afdeling 20.2.7 Tijdelijke jaarpremie en 50.6 Sectoraal aanvullend pensioen in je Sectorale Gids in Trefzeker.

^_Bron: 

^{_{Cao van 1 juli 2019 gesloten in het aanvullend paritair comité voor de bedienden betreffende de koopkracht in het kader van het KB van 19 april 2019 tot uitvoering van art. 7§1 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen, BS 26 mei 2020}}